zaterdag 2 juli 2011

Tijd voor El Cid, want het is de week van de Moros y Cristianos in de Marina Alta. Eerst Moraira (iets meer toeristisch), nu Benissa.
Moros y Cristianos is het feest van de herovering van Spanje door de christenen op de Moren. De Moren, dat zijn de Berbers en wat de politie in Nederland nu naffers noemt. Er is niets nieuws onder de zon.

El Cid Campeador heette gewoon Rodrigo Diaz. De naam Cid komt niet uit het Spaans maar uit het arabisch, van sayyid (ouderwets) naar het modernere sidi of si, dat allemaal baas of heer betekent. El jefe dus. Campeador komt van campi doctoris, een term uit het Romeinse leger die zoveel betekent als dril-instucteur.
Het is goed om te beginnen met de Historia Roderici, de biografische basistekst uit het begin van de twaalfde eeuw. De oudste vermelding van El Cid is overigens een gedicht uit ca. 1088, de Carmen Campi Doctoris.
The quest for El Cid van Richard Fletcher geeft een uitstekende historische context. El Cid heeft bij ons in de buurt behoorlijk huisgehouden, met de inname van Denia en de roof van kostbaarheden uit Polop.

Eigenlijk was El Cid een ordinaire huurling, die zijn diensten zowel aan de christelijke koningen als aan de moorse zetbazen verkocht. Zijn heldenrol in de Reconquista is pas later verzonnen, met als belangrijkste bron de Cantar de Mio Cid, een cantar de gesta uit 1207 (vroegst bekende kopie), toegeschreven aan Per Abbat.
In 1094 heroverde El Cid Valencia, en hoewel dat hij dat uit naam van de christelijke koning Alfonso deed, maakte hij er z'n eigen rijkje van, even christelijk als moors. Ook toen was de praktijk van het samenleven diffuser en pragmatischer dan de theorie van de religie. En ook de Reconquista was niet het doelgerichte en gestuurde proces zoals de Spanjaarden zich dat nu graag herinneren en herbeleven in de feesten. Het was eerder een amorf zooitje.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten