Met het vorige boekje van Rob Riemen, Adel van de geest, had ik wat moeite maar De eeuwige terugkeer van het fascisme is verplichte kost voor ieder weldenkend mens. In slechts 62 pagina’s legt hij overtuigend uit dat onze huidige samenleving opnieuw ruimte biedt aan fascisme, en hoe Wilders en de PVV daar gebruik van maken. Hij noemt Wilders nog net geen fascist, hoewel dat van mij had gemogen. Die conclusie is onontkoombaar.
Samenvatten van zijn beknopte redenering en de vergelijking die hij maakt met de opkomst van het fascisme in de jaren dertig van de vorige eeuw is hier niet nodig: die 62 pagina’s kunt u heel goed zelf lezen. Die moet u zelf lezen.
Riemen is een goede voorspeller. Indertijd werd het fascisme ontkend, gebagatelliseerd of omarmd door ‘de intellectuelen’ en dat gebeurt ook nu weer. Zo opende Arend Jan Boekestijn de aanval op Riemen in een tweegesprek in Nieuwsuur. Boekestijn kon echter geen deuk in de redenering van Riemen slaan. Dat hoeft natuurlijk nog niet te bewijzen dat Riemen gelijk heeft, het kan ook zijn dat de capaciteiten van Boekestijn te kort schieten. Ik denk dat beide beweringen waar zijn: Riemen heeft gelijk en Boekestijn is een intellectuele dwerg.
De vergelijking die Riemen in zijn boekje niet heeft gemaakt, maak ik graag. Het fascisme in de vorige eeuw trok allerlei gespuis aan, en de huidige PVV-fractie zit ook vol met de onsmakelijker elementen uit onze maatschappij.
Dus koop dat boekje, lees dat boekje en bestrijd Wilders en zijn trawanten en aanhangers waar dat kan.
zaterdag 27 november 2010
woensdag 17 november 2010
Het is bijna onmogelijk om met de auto vlak bij de Stadsschouwburg te komen. Terwijl ik op het Leidseplein mijn chauffeur probeer te ontwaren, rookt vriendin M. met Gijs Scholten van Aschat (I love namedropping) een sigaretje. De auto staat tegenover Americain en we haasten ons door de vrieskou naar de overkant.
Thuis nemen we onder begeleiding van een onduidelijke maar lekkere Chileense cabernet sauvignon de voorstelling nog even door. (Om misverstanden te voorkomen: voor zover ik weet staat Scholten van Aschat nog steeds bij de schouwburg te roken.) Het was M.’s eerste en mijn derde Hamlet. Zij is onder de indruk, ik zet deze versie van Oostpool af tegen mijn eerdere ervaringen en ik ben ook onder de indruk.
De vertaling en bewerking zijn goed, de enscenering is eenvoudig en effectief en in de tekst zijn af en toe snerende verwijzingen naar het kunstbeleid van Bruin I opgenomen. Prima, maar nog geen hoofdprijs. Maar er wordt vooral verdomd goed geacteerd en Sanne den Hartogh (Hamlet) en Erik Whien (Polonius) zijn ijzersterk. Voordat je het weet is de bijna drie uur durende voorstelling afgelopen.
En de rest is stilte ...
Thuis nemen we onder begeleiding van een onduidelijke maar lekkere Chileense cabernet sauvignon de voorstelling nog even door. (Om misverstanden te voorkomen: voor zover ik weet staat Scholten van Aschat nog steeds bij de schouwburg te roken.) Het was M.’s eerste en mijn derde Hamlet. Zij is onder de indruk, ik zet deze versie van Oostpool af tegen mijn eerdere ervaringen en ik ben ook onder de indruk.
De vertaling en bewerking zijn goed, de enscenering is eenvoudig en effectief en in de tekst zijn af en toe snerende verwijzingen naar het kunstbeleid van Bruin I opgenomen. Prima, maar nog geen hoofdprijs. Maar er wordt vooral verdomd goed geacteerd en Sanne den Hartogh (Hamlet) en Erik Whien (Polonius) zijn ijzersterk. Voordat je het weet is de bijna drie uur durende voorstelling afgelopen.
En de rest is stilte ...
zondag 14 november 2010
Het Ministerie organiseert een Jaardag Communicatie. Als communicator in de periferie van het Ministerie moet ik daar natuurlijk bij zijn. De locatie is gunstig: het AMC. Dat scheelt reistijd.
Helaas is het Ministerie zeer terughoudend in de informatie over de Jaardag. De aanvangstijd is bekend, maar waar ik me in het AMC moet vervoegen is al minder duidelijk. In het ene e-mailtje rept men over de centrale hal en in het andere e-mailtje over de grote congreszaal. Het is ook niet helder welke ingang ik moet hebben, het ziekenhuis of de faculteit.
Eenmaal bij het AMC wordt het er allemaal niet duidelijker op. Ik zie niet zo gauw waar ik moet zijn, hoewel ik hier toch vaak genoeg geweest ben. Ik zie geen herkenningspunten. Dan realiseer ik me dat ik hier meestal per ambulance ben binnengebracht, de eerste keer nu ruim achttien jaar geleden, meer dood dan levend. Ambulances hebben hun eigen ingang.
Dan maar via de poli naar binnen. Gelukkig loop ik meteen tegen een wegwijzer naar de Jaardag aan.
De Jaardag zelf is nuttig. Niet zozeer vanwege de aangereikte informatie, maar vooral om te netwerken. Mensen die je alleen van e-mail en telefoon kent, krijgen opeens een gezicht. En omdat communicatieprofessionals aardige en sociale mensen zijn (op een enkele uitzondering na) is het ook plezierig nieuwe mensen ontmoeten.
Na een dagje luisteren en lullen heb ik een strot als schuurpapier. De lucht is kurkdroog. Een ijskoud biertje biedt soelaas.
Die eerste keer in het AMC, op de intensive care, was het ook zo erg. Ik had moeite met slikken en dronk te weinig. De dienstdoende ic-arts had de oplossing en liet een koud biertje aanrukken. Ook dat biertje hielp. Geen sondevoeding meer.
Helaas is het Ministerie zeer terughoudend in de informatie over de Jaardag. De aanvangstijd is bekend, maar waar ik me in het AMC moet vervoegen is al minder duidelijk. In het ene e-mailtje rept men over de centrale hal en in het andere e-mailtje over de grote congreszaal. Het is ook niet helder welke ingang ik moet hebben, het ziekenhuis of de faculteit.
Eenmaal bij het AMC wordt het er allemaal niet duidelijker op. Ik zie niet zo gauw waar ik moet zijn, hoewel ik hier toch vaak genoeg geweest ben. Ik zie geen herkenningspunten. Dan realiseer ik me dat ik hier meestal per ambulance ben binnengebracht, de eerste keer nu ruim achttien jaar geleden, meer dood dan levend. Ambulances hebben hun eigen ingang.
Dan maar via de poli naar binnen. Gelukkig loop ik meteen tegen een wegwijzer naar de Jaardag aan.
De Jaardag zelf is nuttig. Niet zozeer vanwege de aangereikte informatie, maar vooral om te netwerken. Mensen die je alleen van e-mail en telefoon kent, krijgen opeens een gezicht. En omdat communicatieprofessionals aardige en sociale mensen zijn (op een enkele uitzondering na) is het ook plezierig nieuwe mensen ontmoeten.
Na een dagje luisteren en lullen heb ik een strot als schuurpapier. De lucht is kurkdroog. Een ijskoud biertje biedt soelaas.
Die eerste keer in het AMC, op de intensive care, was het ook zo erg. Ik had moeite met slikken en dronk te weinig. De dienstdoende ic-arts had de oplossing en liet een koud biertje aanrukken. Ook dat biertje hielp. Geen sondevoeding meer.
woensdag 10 november 2010
De VVD wil bij idioten die met acht borrels op achter het stuur kruipen een alcoholslot op de auto monteren. Wat is dit voor onzinnig mededogen? Iedereen die met zoveel alcohol in zijn of haar lijf wil gaan rijden is geestelijk onvolwaardig en mag onder geen enkele omstandigheid een motorvoertuig besturen. Rijbewijs inleveren en de rest van je leven lekker fietsen.
Zullen we meteen maar alle VVD-stemmers hun rijbewijs laten inleveren? Zijn we ook van de files af.
Zullen we meteen maar alle VVD-stemmers hun rijbewijs laten inleveren? Zijn we ook van de files af.
dinsdag 2 november 2010
Via LinkedIn krijg je soms een uitnodiging om profielen aan elkaar te hechten van iemand van wie je denkt: wie? Kennen wij elkaar? Bij LinkedIn is het immers de bedoeling om een netwerk op te bouwen van mensen die je kent en vertrouwt, maar dat lijkt niet iedereen even goed te beseffen.
Een week of wat terug kreeg ik een uitnodiging van S., een Body Stress Release therapeute. Nooit van gehoord. Ook haar CV en het miniscule pasfotootje gaven geen aanknopingspunten. Normaal kiep ik dan zo’n uitnodiging weg, maar nu niet. Ik bedoel, ik heb vaak genoeg spanning in mijn lijf die door een aantrekkelijke vrouw met zachte handen weggenomen kan worden.
Vannacht schrok ik wakker. S.! Natuurlijk! Zij was korte tijd een van onze eindredacteuren bij Weekblad Motor. Een bekwame eindredacteur en een aardig meisje. Maar dat is bijna twintig jaar geleden. Leuk om weer in contact te komen. Ben benieuwd of dat Body Stress Release lekker is.
Een week of wat terug kreeg ik een uitnodiging van S., een Body Stress Release therapeute. Nooit van gehoord. Ook haar CV en het miniscule pasfotootje gaven geen aanknopingspunten. Normaal kiep ik dan zo’n uitnodiging weg, maar nu niet. Ik bedoel, ik heb vaak genoeg spanning in mijn lijf die door een aantrekkelijke vrouw met zachte handen weggenomen kan worden.
Vannacht schrok ik wakker. S.! Natuurlijk! Zij was korte tijd een van onze eindredacteuren bij Weekblad Motor. Een bekwame eindredacteur en een aardig meisje. Maar dat is bijna twintig jaar geleden. Leuk om weer in contact te komen. Ben benieuwd of dat Body Stress Release lekker is.
zondag 31 oktober 2010
Mulisch is dood.
De persoon Mulisch heeft altijd tussen mij en zijn werk gestaan. Op school heb ik Het stenen bruidsbed en – natuurlijk - De aanslag gelezen en dat vond en vind ik goede boeken. Waarom dan niet meer gelezen? Nu terugkijkend weet ik het niet. Ik vond Mulisch altijd een beetje een verwaande bal (‘telefoon voor de heer Mulisch!’) maar dat is misschien ingegeven door de communis opinio. Er zijn diverse zaken aan hem die ik eigenlijk wel waardeer: hij rookt pijp en, zoals vandaag weer op televisie te zien is, zijn werkkamer is helemaal zoals het zijn moet.
Het wordt dus tijd om meer van Mulisch te lezen. Ik denk aan Siegfried en De ontdekking van de hemel.
En zullen we dan nu de Nobelprijs voor de literatuur aan Cees Nooteboom geven?
De persoon Mulisch heeft altijd tussen mij en zijn werk gestaan. Op school heb ik Het stenen bruidsbed en – natuurlijk - De aanslag gelezen en dat vond en vind ik goede boeken. Waarom dan niet meer gelezen? Nu terugkijkend weet ik het niet. Ik vond Mulisch altijd een beetje een verwaande bal (‘telefoon voor de heer Mulisch!’) maar dat is misschien ingegeven door de communis opinio. Er zijn diverse zaken aan hem die ik eigenlijk wel waardeer: hij rookt pijp en, zoals vandaag weer op televisie te zien is, zijn werkkamer is helemaal zoals het zijn moet.
Het wordt dus tijd om meer van Mulisch te lezen. Ik denk aan Siegfried en De ontdekking van de hemel.
En zullen we dan nu de Nobelprijs voor de literatuur aan Cees Nooteboom geven?
vrijdag 22 oktober 2010
De intellectuele oogst van een weekje vakantie: essays van George Orwell, The places in between van Rory Stewart, Alexander the Great van Robin Lane Fox en een hoofd vol deuntjes van K3.
Aan de andere kant van het gangpad zit een meiske met een e-reader. Haar duim beweegt ze onafgebroken over een knop, heen en weer. Al snel zie ik waarom: de e-reader heeft het formaat van een gemiddeld boek, maar toch staan er niet veel regels op het schermpje, dat ook niet zo heel groot is. Zelfs een trage lezer is dan inderdaad permanent bezig met duimgymnastiek.
Een tweede blik leert dat van een fatsoenlijke typografie en paginaopmaak ook al geen sprake is. De regels zijn vormloos achter elkaar geplakt.
Tevreden sla ik een pagina van mijn Penguin-pocket om. Alweer een vooroordeel bevestigd.
Een tweede blik leert dat van een fatsoenlijke typografie en paginaopmaak ook al geen sprake is. De regels zijn vormloos achter elkaar geplakt.
Tevreden sla ik een pagina van mijn Penguin-pocket om. Alweer een vooroordeel bevestigd.
donderdag 21 oktober 2010
Het vliegveld van Valencia doet tegenwoordig VIP-behandeling. Ik ben de taxi nog niet uit of mijn naam wordt tegen een (zo te zien) zeer kort lijstje gecheckt. Ik word meteen meegenomen, langs lange rijen voor de incheckbalie en door de security. Tien minuten later zit ik achter een cafe solo te wachten tot ik aan boord mag.
woensdag 20 oktober 2010
Acht uur 's morgens en ik word ruw uit mijn slaap gehaald. Wat maken die krekels een herrie! Nee, dat is een kettingzaag. Benedenbuurman Heinz haalt een aantal pinos om. Ja Heinz, we vertellen je al tien jaar dat dat een goed idee is. Jij hebt zo minder naalden in je tuin, meer zon op je huis en wij hebben een beter zicht op zee.
'Jawohl,' sagt der Heinz, 'Aber wir lieben das Wald.'
'Jawohl,' sagt der Heinz, 'Aber wir lieben das Wald.'
Abonneren op:
Posts (Atom)